Hoe lees ik een balans?

Het lezen van de balans doe je door naar de bezittingen, het vreemd vermogen (schulden) en het eigen vermogen van jouw bedrijf te kijken. De balans bestaat uit twee kolommen die met elkaar in evenwicht moeten zijn.

De linkerkolom bestaat uit de debetzijde van de balans (bezittingen, ook wel activa genoemd) en de rechterkolom bestaat uit de creditzijde van de balans (schulden en het eigen vermogen, ook wel passiva genoemd).

De bezittingen bestaan uit vaste activa, vlottende activa en debiteuren, samen ook wel 'activa' genoemd. Je kan bij activa denken aan de vraag 'waar gaat het geld naartoe?'. Vaste activa zijn bestedingen die langer dan een jaar nuttig zijn. Dit zijn bijvoorbeeld gebouwen, auto's van het bedrijf en computers.

Vlottende activa zijn middelen die maar één bedrijfsproces nuttig zijn of snel kunnen worden omgezet in geld. Denk bijvoorbeeld aan de goederenvoorraad, grondstoffen en kasgeld. Debiteuren zijn partijen die jouw bedrijf nog geld schuldig zijn, dus de uitstaande facturen die nog niet betaald zijn.

De schulden en het eigen vermogen worden aangeduid als 'passiva'. Hieronder vallen bijvoorbeeld kortlopende schulden zoals een lening van minder dan een jaar en langlopende schulden zoals een hypotheek.

De activa en passiva moeten met elkaar in evenwicht zijn wat betekent dat beide zijden op hetzelfde bedrag moeten uitkomen. Het bezit moet immers altijd door iets gefinancierd worden.

Een balans is, in tegenstelling tot de winst- en verliesrekening, een momentopname. Daarom moet de datum waarop deze momentopname betrekking heeft, altijd worden vermeld. Dit kan door 'Balans per (datum)' bovenaan de balans te zetten.